De komende verkiezingen worden gezien als klimaatverkiezingen. Dat is begrijpelijk, omdat het klimaat misschien wel het belangrijkste thema is van deze tijd. Er is recent een Klimaatwet aangenomen en tevens een discussie losgebrand of die ver genoeg gaat en wie de rekening gaat betalen. Verschillende politieke partijen hopen uit deze discussie munt te slaan bij de verkiezingen.
Het is bizar te zien dat het Forum voor Democratie in de peilingen op de grootste winst staat. Het wordt nog veel vreemder als je het optreden van voorman Thierry Baudet beziet. In Nieuwsuur van 13 maart noemde hij het ‘klimaatveranderingsidee’ een ‘hoax’, dat wil zeggen bedrog, oplichterij, een broodje-aapverhaal. ‘Het klimaat verandert altijd’, verkondigde hij. ‘1200 jaar geleden was het een beetje warm, 600 jaar geleden een beetje kouder en nu weer een beetje warm’, vatte hij het proces samen van een razendsnelle wereldwijde verschraling van de natuur. ‘De invloed van de mens daarop is onduidelijk’, waagde hij hier nog aan toe te voegen. Terwijl bijna alle klimaatwetenschappers het erover eens zijn dat de moderne mens met zijn grenzeloze consumptiepatroon en hebzucht de aarde aan het uitputten is.
Je schoot er bijna van in de lach, als het niet zo serieus was. Waarom roept Baudet dit allemaal? Dan komt de aap uit de mouw. ‘Het kost heel veel geld’, verzucht hij, waarna hij met het afschrikwekkend hoge bedrag van 1000 miljard aankomt. Het gaat om financiële belangen.
Als een echte populist gaat Baudet voorbij aan de wetenschappelijke feiten (zoals Trump alles nepnieuws noemt wat niet in zijn straatje past). Verder roept hij spookbeelden op van astronomische kosten en een overheid ‘die ons hele leven wil reguleren’. Het gaat partijen als GroenLinks en D66 niet om het klimaat, maar om ‘socialisme in een nieuw jasje’ (hij gebruikt hiervoor het beeld van de watermeloen: groen van buiten, rood van binnen). Socialisten beperken onze vrijheid en zadelen ons op met hoge kosten. Een oud rechts verhaal. Wat Baudet hieraan toevoegt is zijn populisme. De macht moet van de betuttelende elite terug naar het verstandige volk, onder andere door middel van referenda.
Baudet bespeelt dit sentiment door zichzelf in de underdogpositie te manoeuvreren. Hij is verongelijkt als hij naar zijn gevoel niet mag uitpraten (‘Elke keer als ik iets interessants ga zeggen, valt u mij in de rede.’). Terwijl ‘de anderen eindeloos mogen dooremmeren’. Zoiets valt goed bij de gewone man die zich nooit gehoord voelt. Intussen mag Baudet zeggen wat hij wil, en maakt hij zijn politieke tegenstanders belachelijk. Met zijn woordkeus laat hij merken niet van de straat te zijn en probeert hij de indruk te maken van een natuurlijk leider.
Er is met Baudet niets nieuws onder de zon. Hij is de zoveelste man van het rechtse volksdeel dat zijn portemonnee bedreigd ziet. Nu door de klimaatkosten. Een nieuwe linkse hobby. Te hopen valt dat de klimaatpartijen bij de komende verkiezingen flink winnen. Natuurlijk moet bij oplossingen gekeken worden naar een eerlijke verdeling van kosten. En ook of de middelen straks niet erger zijn dan de kwaal, in de vorm van een totaal verrommeld en vernield landschap. Want dat zijn terechte kanttekeningen bij de klimaatdoelstellingen.